Beschouwingen over het begrip en de uitoefening van souvereiniteit

aanzien absolutisme algemeen belang algemeen kiesrecht algemeen stemrecht altijd aristocratie Articles of Confederation beginsel bepaalde beperkte monarchie bestaan bestuur beteekenis bevoegdheid bezit Bluntschli bond bondsstaat burgers chap cratie daardoor daarom democratie dergelijke despotisme dien zin eener eenheid eenheidsstaat eenige eigen enkele Fabius feitelijke souvereiniteit formeel geheele volk gelijk geval goed groote hetwelk hetzij hoogste gezag hoogste macht ieder indien invloed karakter kiezers klassen kracht langzamerhand lijk maatschappelijke Magna Charta Maine maken meening meerderheid menschelijke menschen Mill mogelijk monarchaal mondes narchie oligarchie omdat onafhankelijk ontwikkeling onze oogenblik Opzoomer organen parlement partijen personen popular government recht regeering regeeringsvorm regel Revue rijksdag rijksvorsten slechts souve souverein staatkundige staatsbegrip staatsbestuur staatsgezag staatsrecht staatstaak statenbond stemrecht strijd tegenover tevens Tocqueville toestand tusschen uitoefenen vereiniteit verschillende vertegenwoordiging volkenrecht volkomen volksregeering volkssouvereiniteit vorm vorst vraag want weinig wezen wijze woord souvereiniteit zaak Zachariä zeker zelf zelfstandigheid zoodanig zoodra zoolang zooveel