A. Sassen, Eenige aanvullingen op de Geschiedenis van het bisdom 's Hertogenbosch van L. H. C. Schutjes (Noordbrabantsche Volks-Almanak, 1889, blz. 35—44).

J. H. Gallée, Levensbeschrijvingen der zusters van Diepenveen (De Tijdspiegel, 1887. Dl. I, blz. 489-501).

P. van Meurs, Het klooster te Doornspijk (Bijdragen voor Vaderl. Geschiedenis en Oudheidkunde, 3de R., Dl. IV, blz. 120-125).

G. van den Elsen, De geschiedenis der Latijnsche school van Gemert [Vgl. „Archief", Dl. II, blz. 419 v.] (De Katholiek, N. R., Dl. V [Leiden, 1888], blz. 248-254).

J. G. R. Acquoy, Hs. No. 1042 van Meerman (eene verzameling van meerendeels geestelijke liederen tot ± 1525) (Handelingen en Mededeelingen van de Maatschappij der Nederl. Letterkunde over 1888, blz. 56-64).

V. Becker, Eenige oude Dietsche versjes [geestelijke liederen uit de 15de eeuw] (De Katholiek, N. R., DI. VI [Leiden, 1888], blz. 385-394).

E. Fromm, Zur Streitfrage über den Verfasser der Imitatio Christi" (Zeitschrift für Kirchengeschichte, Bd. X [Gotha, 1888], S. 54-91).

L. Schulze, Zur Thomas a Kempis-Frage (Zeitschrift für Kirchengeschichte, Bd. IX [Gotha, 1881], S. 119-129). J. G. R. Acquoy, Een mystiek boekje [,,Den grondtsteen der volmaecktheid", Antw. 1638], op naam van Gerrit de Groote (Handelingen en Mededeelingen van de Maatschappij der Nederl. Letterkunde over 1888, blz. 68-74).

J. Gielen, Twee handschriften uit de XVde eeuw [een leven van Jezus en een Vlaamsch gebedenboek], (De Maasgouw, Dl. VI, blz. 1 v.).

St. Beissel, Kunst en wetenschap in de Friesche kloosters Roozendaal en Bloemhof, te Wittewierum, in de 18de eeuw (Dietsche warande, N. S., Jaarg. I., 1888, blz. 13--27).

W. F. N. van Rootselaar, Het Onze-Lieve-VrouweBeeldje te Amersfoort. Met plaat (Volks-Almanak voor Nederlandsche Katholieken, 1888, blz. 240--279; 1889, blz. 103-144).

W. Pleyte, Nieuw ontdekte muurschildering in de St. Pieterskerk te Leiden (Handelingen en Mededeelingen van de Maatschappij der Nederl. Letterkunde over 1888, blz. 81-83).

A. de Roever Nz., Het geslacht Buyck [Tot dit geslacht behoorde Mr. Jacob of Joost Buyck, pastoor van de Oude kerk te Amsterdam, toen deze aan de Hervormden overging, en wiens belangrijke boekerij later in de Stadsbibliotheek aldaar werd opgenomen] (Amsterdamsch Jaarboekje, 1888, blz. 182-191).

A. Sassen, Kapelaan te Helmond [in 1574] (Noordbrabantsche Volks-Almanak, 1889, blz. 91).

J. J. van Doorninck, Pastoor van Heemse [1611] (Bijdragen tot de geschiedenis van Overijssel, Dl. IX, blz. 176).

Th. Ign. Welwaarts, Levenschets van den prelaat N. G. Sichmans [geb. te St. Oedenrode 1623] (De Katholiek, N. R., DI. VI [Leiden, 1888], blz. 22-33).

H. J. Allard, Pater Dirk van de Poll S. J. 1652— 1691 (Volks-Almanak voor Nederl. Katholieken, 1887, blz. 241-280).

Th. Ign. Welvaarts, Isfridus van den Broek, abt te Postel [gest. 1744] (Noordbrabantsche Volks-Almanak, 1889, blz. 152-160).

J. C. A. Hezenmans, De Oorschotsche non [Maria Margaretha ab Angelis] (De Katholiek, N. R., Dl. V [Leiden, 1888], blz. 223-240, 264-298).

J. A. Alberdingk Thijm, Johannes de Witt [Kanunnik van St. Pieter te Utrecht, † 1622] (Volks-Almanak voor Nederl. Katholieken, 1889, blz. 99-102).

J. H. Hofman, Een verloren werkje ['t Heyligh Sacrificie der Misse"] van Christiaan Vermeulen (De Katholiek, N. R., Dl. VI [Leiden, 1888], blz. 194-196).

De grafzerk van wijlen den bisschop van Roermond, François Louis Sanguesa (De Maasgouw, Dl. VI, blz. 199).

J. H. Hofman, Joannes Wendelman en zijn gedenkpenning (De Katholiek, N. R., Dl. VI [Leiden, 1888], blz. 322-333).

H. J. Allard, De kanunnik Jan Willem Habets en

zijne stichting (1801-1876). Met portret (Volks-Almanak voor Nederl. Katholieken, 1889, blz. 236-299).

J. H. Hofman, De Eerwaarde heer Bernard Wilbrink [R. K. priester en pastoor te Weesp, † 1840]. Met portret (Volks-Almanak voor Nederl. Katholieken, 1889, blz. 3—32).

Th. Ign. Welvaarts, De aloude abdijkerk van Postel. Met 7 plaatjes (Dietsche Warande, N. S., Jaarg. I, 1888, blz. 281-292).

W. F. N. van Rootselaer, De Onze-Lieve-Vrouwe toren te Amersfoort. Met een prent (Oud-Holland, 1887, blz. 127-142).

P. Doppler, De uurwerken en klokkenspelen van de St. Servaaskerk (De Maasgouw, Dl. VI, blz. 129 v., 133—135). N. Willemsen, De kerk te St. Odiliënberg (De Maasgouw, Dl. VI, blz. 2 v., 6 v.).

Klokkenopschriften te Loon op Zand, te Best, te Geldrop. Medegedeeld door J. C. von Ghert en H. Lamers (Noordbrabantsche Volks-Almanak, 1889, blz. 44. 85, 96).

W. Franken Az., Iets over en uit Erasmus' samenspraken (Rotterdamsch Jaarboekje, 1889, blz. 125–145). J. J. Doedes, Een tot heden onbekend Nieuw Testament in het Nederlandsch. 1530. Over de „Duytsche Theology" in het Nederlandsch (Bibliographische Adversaria, 2de reeks, Dl. I, blz. 22—25).

R. Jan van Geelen's [Anabaptist] mislukte inval in Friesland in 1535 (Friesche Volks-Almanak, 1887, blz. 182-187).

F. Philippi, Der sogenannte Artikelbrief des Münsterschen Wiedertäufer Königs Johann von Leiden (Zeitschr. für Kirchengeschichte, Bd. X [Gotha 1888], S. 146-155). F. Kielstra, Het Munstersche oproer (Doopsgezinde Bijdragen, Leiden, 1888, blz. 1—47).

B. ten Bruggen Cate, Wat er van de Tibben [oude scheldnaam der Doopsgezinden] geworden is (Doopsgezinde Bijdragen, Leiden, 1888, blz. 48—61).

H. C. Rogge, Een band met tractaten van David Joris (Bibliographische Adversaria, 2de reeks, Dl. I, blz. 1-14, 86-93).

Zuivere tekst van den Heidelbergschen Catechismus (Rotterdamsch Jaarboekje, 1889, blz. 146).

J. Winkelmeyer, De beeldstormerij in het Minderbroeders-klooster te Amsterdam (Volks-Almanak voor Nederl. Katholieken, 1889, blz. 145—217).

J. Nanninga Uitterdijk, Een geuzenlied [van omstreeks 1569] (Bijdragen tot de geschiedenis van Overijssel, Dl. IX, blz. 94-96).

J. v. d. Baan, Kerk-historisch overzicht van de Herv. gemeente te Putte, aanvankelijk gecombineerd met Huybergen (Noordbrabantsche Volks-Almanak, 1889, blz. 65-84).

R. E. Hattink, Rutgerus Bramcampius, pastor te Rijssen, en de predikanten aldaar (Bijdragen tot de geschiedenis van Overijssel, Dl. IX, blz. 322-348).

J. I. van Doorninck, Georgius Sellingius, predikant te Delden [† 1617] (Bijdragen tot de geschiedenis van Overijssel, Dl. IX, blz. 278 v.).

R. Fruin, Over geschriften aan Franciscus Junius en aan Franciscus Balduinus toegeschreven (Bijdragen voor Vaderl. Geschiedenis en Oudheidkunde, 3de R., Dl. IV, blz. 243-251).

M. A. Gooszen, Bijdrage tot de kennis van het Gereformeerd Protestantisme [over het eigenaardig karakter van Bullinger's leer en den invloed daarvan in Nederland] (Geloof en Vrijheid, Jaarg. XXI, 1887, blz. 505—555).

W. P. C. Knuttel, Dr. Nuyens [,,Geschiedenis der kerkel. en politieke geschillen in de Republiek gedurende het twaalfjarig bestand", Amst. 1886] over Calvinisten en Remonstranten (De Nederlandsche Spectator, 1887, blz. 101 v.).

J. van den Bergh, Doleerende kerken [naar aanleiding van: W. Geesink,,, Calvinisten in Holland". Zie Archief, Dl. II, blz. 427 v.] (De Tijdspiegel, 1887, Dl. III, blz. 19-44).

W. P. C. Knuttel, Dr. Geesink [,, Calvinisten in Holland", Rott. 1887] als geschiedschrijver (De Nederlandsche Spectator, 1887, blz. 213 v.).

S. Baart de la Faille, Eene bekeering in de 17de eeuw [De bekeering van Petrus de la Faille, predikant te Koudekerk, tot de R. C. kerk, in 1627] (De Tijdspiegel, 1887, Dl. III, blz. 398-412).

S. Muller Fz., A. Buchelius, Observationes ecclesiasticae sub presbyteratu meo 1622-1626 (Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap te Utrecht, Dl. X, Utrecht, 1887, blz. 29-63).

J. A. Worp, Caspar van Baerle. V. Zijn verder verblijf te Amsterdam (1635-1644) (Oud-Holland, Jaarg. VI, blz. 87-102, 241–276).

Vermaning van de Zuid-Hollandsche Synode betreffende het standbeeld van Erasmus, 1622 (Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap te Utrecht, Dl. X, Utrecht, 1887, blz. 452 v.).

J. Nanninga Uitterdijk, Brieven van Franciscus Martinius [Predikant te Epe 1637-1653] (Bijdragen tot de geschiedenis van Overijssel, Dl. IX, blz. 159-169).

W. Geesink, De zaak van (Will.) Brakel in 1688 (Rotterdamsch Jaarboekje, 1889, blz. 153—167).

J. A. Grothe, Brief van Johan Maurits van Nassau aan den predikant Plate, 16 Febr. 1678 (Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap te Utrecht, Dl. X [Utrecht, 1887], blz. 446-448).

Willem Moubachius, Predikant te Stevensweert (De Maasgouw, Dl. VI, blz. 197 v.).

H. Italie, Joan Luykens jongelingsjaren en zijne Duytse lier. Eene biographisch-litterarische studie (OudHolland, 1888, blz. 1-20, 161-174).

H. N. Ouwerling, Daniel Sauvé, koster, voorlezer en schoolmeester te Hoogeloon [gest. 1724] (Noordbrabantsche Volks-Almanak, 1889, blz. 45—60).

A. J. Enschedé, Requêtes adressées aux États Généraux des Pays-Bas, par des réfugiés ou persécutés français ou vaudois entre 1690 et 1695 (Bulletin histor. et littér. de la Société de l'histoire du protestantisme franç., 3me Ser., T. VII, p. 466–477).

D. H. H. Tijssen, Gerardus Kuypers en de Nijkerksche